maandag 11 juni 2012

To fly like an eagle

Sinds mensenheugenis wil men vliegen, nu begrijp ik waarom... 9 juni, om 9.30 uur meldden wij ons op het "hoofdkantoor" van de vliegmaatschappij Air Excursions. Hoeveel bagage heeft u mee en hoeveel weegt uzelf, ahum.... We moesten zelf naar het vliegveld rijden en onze bagage afgeven.

Kennis gemaakt met de piloot, tevens co-piloot, navigator, purser en stewardess, en klauterden via de vleugel in de Piper 32, een 1 motorig vliegtuigje vol post en ruimte voor 4 personen, incl. de piloot. Hij wees ons op het zwemvest, de brandblusser, de EHBO-trommel en de uitgang (tevens ingang en vrachtdeur). Na het opstijgen werd ik stil. De boomtoppen werden kleiner en de sneeuwlagen namen toe. Hoge spitsen vol met zuivere, witte, maagdelijke sneeuw, er is deze winter nog nooit zoveel gevallen, sinds de metingen begonnen, ruim 15 meter! En niemand die daar is geweest en niemand die daar ooit zal komen. Ik werd nog stiller, de watervalletjes werden stroompjes en hele rivieren die meanderden door het landschap onder ons. Sommige rivieren nemen aarde mee tot aan hun delta in zee, in verschillende kleuren, soms oranje, wat duidt op ijzerhoudende modder. Het kraanwater smaakt hier ook naar ijzer.



De piloot stelde voor, vanwege het mooie weer (vergezicht), om over de bergen te vliegen, i.p.v. langs de kust van Haines naar Gustavus. Ooooh, als een vogel vlogen we! Rechts van ons kwam een gletsjer tevoorschijn. Prachtig, echt, ik zie hier natuur, wildernis, die ik nog nooit heb gezien en waarschijnlijk nooit meer zal zien en daarom opberg in mijn hoofd en in mijn hart. Ieder mens zou ooit een keertje in zijn leven in een vliegtuigje hier moeten vliegen, om te zien hoe klein en nietig wij zijn, echt, we stellen niets voor en wij denken maar dat we alles onder controle hebben... Nou, echt niet, de natuur zal ons altijd de baas blijven, dat merkten wij wel onderweg, met de modderoverstromingen.
We landden op Gustavus, een plaatsje in Alaska, alleen bereikbaar met boot of plane, net als Juneau, de hoofdstad. Gek, geen wegen er naar toe, geen verkeerslichten. Toen ik dit allemaal zag begreep ik de wil van mensen vroeger, om te willen vliegen. Ik voelde me net Eva, die aan het ontdekken is. Bij uitstappen hoorde ik de naam van de piloot: Adam.



Bij Gustavus houdt de wereld op. 's Winters alleen bij goed weer aanvoer van eten en voorraden. In de "zomer" zorgt men voor zijn houtvoorraad, onderhoud men zijn huis en tuin en wacht weer op de winter. Er zijn velen die in de winter naar een andere staat van de VS gaan, daar hebben ze nog een huis, of kinderen wonen. 's Middags hebben we de Nagoonberry Looptrail gelopen. Prachtig zonnig weer en een afwisselend landschap, met wilde aardbeien en nagoonbessen (maak je vast heerlijke SjHEM van), door bos, moeras (vol met paarse lupines)en langs het strand. Later gingen we verkennen met de fiets, echte Hollanders!
Bij de haven zagen we een Bald Eagle nest, en even dacht ik weer aan onze vliegreis, tsja, als wij eens konden vliegen als een arend....

2 opmerkingen:

  1. Hoi Diana,

    Mooi om je verhalen te lezen en jullie maken veel mee en zien veel wilde dieren. Veel plezier en ik houd je blog in de gaten:-).

    Groetjes,

    Ewout

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Dat is het mooie van helemaal weg uit je dagelijkse ritme. Al die bijzondere nieuwe vergezichten en horizonnen, die je leven ECHT even in een ander perspectief zetten.
    En ja, dan toch daarna weer gewoon op de fiets. That's the spirit!

    BeantwoordenVerwijderen